Home / Programma's / Economische transitie: de kosten en baten van (n)iets doen
Programma

Economische transitie: de kosten en baten van (n)iets doen

Hoe ziet een economie eruit die niet afhankelijk is van BBP-groei, maar die welzijn, ecologie en rechtvaardigheid centraal stelt? In dit programma onderzoeken we vanuit de praktijk hoe de fundamenten van ons huidige economische systeem verandering tegenhouden en wat de bouwstenen zijn voor een nieuwe economie. Samen met partners uit wetenschap, beleid, praktijk en maatschappelijke bewegingen werken we aan een agenda voor transitie, waarin kennis actief wordt ingezet om systeemverandering mogelijk te maken.

Looptijd

januari 2025

Heden

Budget

€ 800.000

Betrokken partijen

Robin Food Coalition, United Economy, Deltares, True Price, Impact Economy, Sustainable Finance Lab, Just Enough, e.a.

De moderne economie draait om één dominante maatstaf: groei van het bruto binnenlands product (bbp). Zolang het bbp stijgt, spreken we van vooruitgang. Maar het bbp meet uitsluitend financiële transacties, niet of deze bijdragen aan welzijn of een leefbare aarde. Schade en herstel, zoals olierampen en ziekenhuiszorg, tellen wél mee, maar de waarde van schone lucht, natuur en mantelzorg niet. Dit creëert verkeerde prikkels: beleid en investeringen richten zich op het vergroten van productie en consumptie, ongeacht sociale of ecologische gevolgen.

 

De belangrijkste spelers in onze economie versterken dit groeiparadigma. Bedrijven sturen op winst en aandeelhouderswaarde en jagen consumptie aan. Banken creëren geld via kredietverlening die vooral naar gevestigde, vervuilende sectoren gaat. Overheden subsidiëren fossiele bedrijven, mede onder invloed van lobby. Burgers worden aangesproken als individuele consumenten en niet als collectieve burgers die mee kunnen sturen. Het kennissysteem legitimeert dit alles door groei en efficiëntie als neutrale uitgangspunten te presenteren. Zo houdt het systeem zichzelf in stand, ook wanneer groei juist ecologische en sociale ontwrichting veroorzaakt. Een mondiale schatting laat zien dat twee derde van alle bedrijfswinsten ten koste gaat van mens en milieu.

De kosten van niets doen

Een transitie voltrekt zich wanneer er een confrontatie ontstaat tussen een gevestigd regime (zoals dat van economische groei) en veranderende omstandigheden waaraan het zich steeds moeilijker kan aanpassen. Klimaatverandering, geopolitieke spanningen en vergrijzing ondermijnen de basis van groei. Wereldwijde groeicijfers lopen dan ook al terug: Japan groeit sinds de jaren ’90 nauwelijks, en Nederland noteerde in 2023 slechts 0,1% bbp-groei. Voor burgers is de ervaren vooruitgang nog beperkter, doordat gezondheid en leefomgeving onder druk staan. De kosten van het huidige systeem lopen dan ook snel op. Hoewel de exacte omvang van de monetaire schade uiteenloopt — met ramingen die variëren van honderden miljarden tot biljoenen per jaar — is er één conclusie onomstotelijk: niets doen is vele malen duurder dan tijdig en adequaat handelen.

De baten van iets doen

Ondertussen groeit de veranderdruk. Alternatieve economische concepten winnen terrein: degrowth is een serieuze academische stroming, afbouw van vervuilende industrieën is realiteit, lokale overheden omarmen de donut-economie, en delen van de samenleving normaliseren minder of eerlijkere consumptie. Een recente studie toont dat meer dan 735 organisaties in 35 Europese landen actief werken aan verschillende onderdelen van “de nieuwe economie”, uiteenlopend van democratisch eigenaarschap tot duurzamere bouw en landgebruik. Wat deze perspectieven blootleggen, is de vraag hoe we een manier van samenleven ontwikkelen waarin productie en consumptie binnen planetaire grenzen blijven en wat dat oplevert voor onze gezondheid, leefomgeving en geluk. Dat vraagt om het verbinden van partijen die binnen het oude regime willen veranderen maar vastlopen, met nieuwe initiatieven die vanuit de onderstroom opkomen. Cruciaal is om te kijken waar het al werkt en waarom, en hoe we dat kunnen samenbrengen en verspreiden?

Wat doet het KIN

Bij het KIN zien we dit soort transitiepraktijken als vertrekpunt voor een nieuwe onderzoeksagenda binnen de programmalijn ‘Kennis in Actie’. Deze praktijken bevragen en verwerpen de huidige norm vanuit de hypothese dat een economische transitie mogelijk en gewenst is. De betrokken initiatieven en experimenten onderzoeken hoe de nieuwe economie eruitziet en ontwikkeld kan worden door het simpelweg te doen.

 

Om een volgende fase te ondersteunen, wil het KIN de kennis in de praktijk van economische transitie samen brengen met onderzoek en andere samenwerkingpartners. Het doel van een KIN transitieprogramma is te leren van de nieuwe praktijken waar de barrières in het huidige regime zitten en welke (institutionele) randvoorwaarden er voor gewenste transitie nodig zijn. De meerwaarde van het samenbrengen van onderzoek en praktijk is het ondersteunen, legitimeren, institutionaliseren en potentieel op veel grotere schaal helpen verspreiden. In dit proces zetten we onderzoek, creativiteit, verbeelding en actie in als instrumenten om verder te komen. Door met elkaar experimentele interventies uit te voeren om de volgende fase van gewenste transitie te onderzoeken ontstaat voortschrijdend inzicht maar kan ook gelijk de praktijk daadwerkelijk verder gebracht worden.

Wat is er al gebeurd?

Neem contact met ons op.

Martijn Bart

Misschien vind je dit ook interessant

    • Kennisontwikkeling
    • Kennisontwikkeling
    • Kennisontwikkeling